DEO pakt punt in slotfase tegen fysiek Haarlo

Een weerzien met SP Haarlo is voor DEO-trainer Dennis Arentsen allesbehalve gewoon

(Bron: De Stentor)
(foto: Arjan Gotink)

Pas vijf jaar staat DEO-trainer Dennis Arentsen (44) als hoofdtrainer op eigen benen. Dat heeft alles te maken met SP Haarlo, waar Arentsen een groot deel van zijn voetballeven heeft rondgelopen.
Bij het weerzien met de oude club door de derby in 5B, die zondag in 1-1 eindigde, kwam vooral de herinnering van de horrorblessure aan zijn knie naar boven.

Die blessure zorgde ervoor dat je gedwongen werd te stoppen met voetballen. Hoe groot was die klap?
Arentsen: ,,Ik heb er ontzettend veel verdriet van gehad dat ik gedwongen werd te stoppen. Ik was pas 25. We speelden met Haarlo een bekerwedstrijd tegen nota bene het Reünie, de grote buurman van DEO in Borculo. Ik scheurde in die wedstrijd mijn kruisbanden, mijn buiten- en binnenband en beschadigde mijn meniscus. Er was zoveel kapot in die knie dat het alleen al voor de zwellingen waren afgenomen acht maanden zou duren voordat ik geopereerd kon worden. Daarna ben ik in totaal drie keer geopereerd aan mijn knie. Dus nee, terugkomen in het eerste zat er niet meer in.”

Welke gevolgen ondervind je daarvan in jouw werk als trainer?
,,Ik voel mijn knie elke dag. Het is geen pijn, maar het is een bepaald stekend gevoel. Ik kan niet alles meedoen op de training. Een positiespelletje waarbij je snel moet reageren, of een lange bal naar voren geven, dat gaat niet. Dan krijg ik meteen een reactie, zo van: dat had ik beter niet kunnen doen.”

Omdat je nog lang bij Haarlo hebt rondgelopen in allerlei functies werd je pas relatief laat trainer. Na GSV is DEO pas jouw tweede club als trainer. Waarom stapte je in 2020 over naar DEO?
,,Na vier seizoenen was het maximale bij GSV wel bereikt. Doordat de competitie werd afgebroken vanwege de pandemie, op dat moment stonden we tweede, kreeg ik alleen niet het afscheid waar ik op hoopte. Naast dat DEO dicht bij mijn huis is en mijn beide zoons er gespeeld hebben sprak het me erg aan dat de jeugd op een goed niveau speelt. De helft van de ruim 500 leden bestaat ook uit jeugd. Dus er zitten veel spelers aan te komen en daar kan het eerste enorm van profiteren. Er staan er nu al een paar in de basis bij mij.”

De naam van de grote buurman Reünie viel al even. In hoeverre vissen jullie en de vierdeklasser in elkaars vijver?
,,We hebben weinig last van elkaar. Door het grote aantal jeugdleden nam DEO niet deel aan het samenwerkingsverband UNO 21’, waar Reünie met GSV, Haarlo en twee andere clubs sinds dit jaar in zit. Die samenwerking op het gebied van jeugd kwam er door het gebrek aan aanwas. Dus DEO redt zichzelf voorlopig prima, daar mag men best trots op zijn. Over de rivaliteit gesproken; Reünie had vaak de betere voetballers, omdat het van oudsher de grootste van de twee clubs was. Zoals ik het zie is er een gezonde rivaliteit.”

Arentsen ziet DEO goed wegkomen met punt: ,,Mooie middag vanaf laatste fluitsignaal” 
Pas toen hij de voor hem zo vertrouwde kantine in kon brak voor Arentsen de mooie middag aan. Met 1-1 was de subtopper goed weggekomen. DEO maakte in de derby pas twee minuten voor tijd gelijk. ,,Haarlo heeft ons laten leven door de 2-0 niet te maken. Mijn ploeg dacht hier wel even van een laagvlieger te winnen, maar ze vergaten dat Haarlo ook tegen Dennis Arentsen de trainer speelt. Dat speelde vandaag echt mee.